Indexatie
Bestuur besluit tot indexatie van je pensioen
De opgebouwde pensioenen van actieve en gewezen deelnemers en de ingegane pensioenen worden tussentijds geïndexeerd met 4,1%. Deze tussentijdse indexatie voor alle deelnemers wordt geëffectueerd per 1 oktober 2022
Versoepelde regelgeving voor indexatie
In onze nieuwsbrief van maart 2022 lieten wij weten dat er in april 2022 geen mogelijkheid was om een indexatie (verhoging van de pensioenen) toe te passen, maar nu kunnen de pensioenen wel geïndexeerd worden. Dat komt omdat minister Schouten half juni 2022 bekend maakte dat per 1 juli 2022 versoepelde regelgeving voor indexatie zou ingaan. Eerder was dat op basis van de wet dus niet mogelijk. Alleen fondsen die van plan zijn om alle bestaande pensioenen mee te verhuizen naar de nieuwe pensioenregeling (‘invaren’) mogen van de versoepelde regels gebruikmaken en de pensioenen (gedeeltelijk) indexeren. Ook voor ons fonds geldt dat de sociale partners hebben aangegeven de intentie te hebben om alle bestaande pensioenen onder te brengen in de nieuwe pensioenregeling die naar verwachting in 2025 ingaat.
Persoonlijk bericht
In de zomermaanden hebben we alle voors en tegens van de verschillende indexatieopties zorgvuldig en gekwantificeerd afgewogen. Begin oktober 2022 hebben we, mede door de gunstige ontwikkeling van de dekkingsgraad, een definitief besluit genomen om de pensioenen tussentijds te indexeren. Je ontvangt hierover ook nog persoonlijk bericht. (N.B. De pensioenen die vóór 2015 bij Nationale-Nederlanden (NN) zijn verzekerd worden niet geïndexeerd.)
Waar is de 4,1% indexatie op gebaseerd?
De tussentijdse indexatie is de helft van het verschil tussen een dekkingsgraad van 110% en de beleidsdekkingsgraad op 31 augustus 2022. De beleidsdekkingsgrens was toen 118,2%. De helft van 8,2% is 4,1%: het indexatiepercentage.
Niet over één nacht ijs
De versoepelde regels bieden de mogelijkheid om alles boven een beleidsdekkingsgraad van 105% voor indexatie te bestemmen. Wij achten het, als bestuur, te risicovol om van die maximale mogelijkheid gebruik te maken.
We vinden het belangrijk dat je weet welke afwegingen wij hebben gemaakt om tot dit besluit te komen. Als bestuur willen we recht doen aan de belangen van alle deelnemers en gepensioneerden om zo tot een evenwichtig en zorgvuldig besluit te komen. Bij de afweging is rekening gehouden met de volgende drie elementen:
- De huidige financiële regels voor pensioenfondsen:
Het pensioenfonds heeft al enige jaren niet meer kunnen indexeren. Hoewel dat wel onze ambitie is want met de huidige zeer hoge inflatie neemt de koopkracht snel af. Door te indexeren nemen de verplichtingen van het fonds toe en zal de dekkingsgraad dalen. Daarom is het belangrijk goed te kijken met hoeveel procent je gaat indexeren omdat je niet de kans op toekomstige indexaties wilt verkleinen. Of erger, een groter risico gaat lopen op verlaging (korting) van pensioenen in de toekomstige jaren. - Overgang naar het nieuwe stelsel:
Je kunt je geld maar één keer uitgeven. Alles wat we nu gebruiken om de pensioenen te verhogen (indexeren) kan je later, als de huidige pensioenregeling meeverhuist naar de nieuwe pensioenregeling, niet meer verdelen. Of je kunt de reservepotjes voor slechtere tijden in het nieuwe stelsel niet voldoende vullen. Bij een besluit tot tussentijds indexeren kijken we dus niet alleen naar de korte termijn, maar ook naar de langere termijn én naar alle belangen. - Nieuwe pensioenregels:
Je pensioen gaat straks op basis van de nieuwe pensioenregels meer meebewegen met de economie. Gaat het goed dan stijgt je pensioen sneller maar gaat het minder dan daalt je pensioen ook sneller. Als de nieuwe pensioenregeling al van toepassing was geweest, zouden de pensioenen in de afgelopen jaren zijn verhoogd.
Als bestuur vinden we de gekozen methodiek voor de tussentijdse indexatie zoals hierboven uitgelegd evenwichtig, uitlegbaar en uitvoerbaar. Bij de vaststelling van deze methodiek hebben we een balans gezocht tussen enerzijds meer en eerder indexatie in de overgangsfase naar de nieuwe pensioenregeling en anderzijds het beschermen van de gewenste dekkingsgraad wanneer we naar de nieuwe pensioenregeling overgaan. Daarbij hebben wij de consequenties voor het pensioenresultaat en de verdeling van het beschikbare vermogen over de verschillende generaties expliciet meegewogen.